1. STATUTEN
1.1. ALGEMENE BEPALINGEN
Er is gesticht te Neerpelt, op 26 april 1929, een vereniging van biljartclubs onder de naam “Noord-Limburgse Biljartbond”, aan dewelke in april 1979 bij Koninklijk Besluit de titel van ‘Koninklijke’ werd toegekend. De vereniging zal verder genoemd worden “Koninklijke Noord-Limburgse Biljartbond” ( K.N.L.B.B. ).
Art. 2 Het doel dat de bond betracht is, de uitbreiding en de aanmoediging van het biljartspel, het inrichten van competitiewedstrijden, tornooien, individuele kampioenschappen, enz.
Art. 3 De bond bestaat uit aangesloten leden. Ereleden zijn deze die de bond rechtstreeks steunen met een minimumbijdrage bepaald door de Beheerraad.
Art. 4 Iedere club maakt vóór 15 juni haar Ledenlijst voor het volgende seizoen over aan de bondssecretaris. Nieuwe leden kunnen per uitzondering later toegevoegd worden.
Art. 5 Slechts na inschrijving bij de bondssecretaris en de overhandiging van het spelersboekje kunnen de spelers deelnemen aan de officiële wedstrijden.
Art. 6 De bond bepaalt jaarlijks in het Technisch Reglement de voorschriften volgens dewelke competitiewedstrijden, tornooien, individuele kampioenschappen, enz. zullen gespeeld worden.
Art. 7 De bond behoudt zich het recht voor zijn werking uit te breiden naarmate het nut en het gepaste ogenblik zich voordoen.
Art. 8 De K.N.L.B.B. kan niet ontbonden worden zolang er drie aangesloten clubs zijn.
1.2. BIJDRAGEN
Art. 11 De aangesloten clubs betalen een jaarlijkse bijdrage, deze kan indien nodig door de Alg. Vergadering gewijzigd worden en moet vóór 25 augustus betaald worden.
Art. 12 Als de verschuldigde bedragen binnen een maand na ontvangst ( postdatum ) van de rekening niet voldaan zijn, wordt het verschuldigde bedrag verhoogd met 10 procent. De kosten van het aangetekend schrijven vallen ten laste van de betreffende club.
1.3. DE BEHEERRAAD
Art. 21 Zijn stemgerechtigde leden van de Beheerraad: de voorzitter, de ondervoorzitter en de voorzitters van de onderscheiden Commissies.
Art. 22 De erevoorzitter, de eresecretaris, de bondssecretaris, de technische secretaris en de penningmeester maken deel uit van de Beheerraad, maar enkel met adviserende stem.
Art. 23 Leden die in twee of meerdere Biljartbonden spelen, kunnen maar in één commissie of in één beheerraad van één bepaalde Biljartbond zetelen.
Art. 24 De duur van de mandaten is als volgt vastgelegd: - De voorzitter: 3 jaar. - De ondervoorzitter: 3 jaar. - Leden: wanneer zij ophouden voorzitter te zijn van hun Commissie.
Art. 25 Uittredende leden zijn her verkiesbaar. Alle mandatarissen zullen nochtans de uitoefening van hun mandaat blijven waarnemen tot op de dag waarop hun vervanging statutair voorzien is.
Art. 26 Elk mandaat dat vacant wordt ingevolge ontslag of overlijden, mag door een besluit van de Beheerraad van een titularis voorzien worden. Deze benoeming moet op de eerstvolgende bijeenkomst van de Algemene Vergadering worden goedgekeurd. De benoemde titularis voleindigt het mandaat van zijn voorganger.
Art. 27 De Beheerraad is bekleed met de meest uitgebreide bevoegdheid om alle daden te verrichten die niet door de statuten aan de Algemene Vergadering zijn voorbehouden. Hij kan onder meer onderhandelen, dadingen en compromissen aangaan, alle eigendommen van de bond vervreemden of ruilen, alle leningen opnemen.
Art. 28 De Beheerraad zal, telkens hij het gepast oordeelt, eigenmachtig optreden als bemiddelaar in alle geschillen en betwistingen, ontstaan in de Commissies of tussen Commissies onderling, en dat op elk niveau.
Art. 29 Wanneer het algemeen belang of principekwesties in het gedrang zijn, zal de Beheerraad deze geschillen en betwistingen tot zich trekken en er een einde aan maken door een soevereine en uitvoerbare beslissing.
Art. 30 De Beheerraad zal ook alle disciplinaire straffen kunnen annuleren, wanneer na onderzoek geoordeeld wordt dat de beslissingen in strijd zijn met het hoger belang van de biljartsport in zijn geheel en van de K.N.L.B.B. in het bijzonder.
Art. 31 Opdat de Beheerraad geldig zou kunnen beslissen, is het noodzakelijk dat de helft plus 1 ( één ) der stemgerechtigde leden aanwezig zijn.
Art. 32 Indien bij de tweede reglementaire bijeenroeping van de Beheerraad de stemgerechtigde leden niet in voldoende mate aanwezig zijn, beslist hij geldig op de zitting van de tweede bijeenroeping, voor de zaken die tweemaal op de dagorde voorkwamen, ongeacht het aantal stemgerechtigde aanwezigen.
1.4. DE COMMISSIES
Art. 41 Er bestaan 4 commissies: - de Technische en Scheidsrechterscommissie. - de Sportcommissie. - de Financiële Commissie. - de Beroepscommissie. Samenstelling van de Commissies: 1. Elke commissie bestaat uit vijf leden. Deze worden gekozen uit de door de aangesloten clubs voorgestelde kandidaten ( behoudens de beroepscommissie ). 2. Nochtans mag één club in éénzelfde commissie slechts door 1 lid vertegenwoordigd zijn, behalve indien er te weinig kandidaten zijn. 3. Het voorstel van de Beheerraad inzake de samenstelling van de Commissies wordt aan de Algemene Vergadering ter goedkeuring voorgelegd.
Art. 42 Het mandaat van de leden van de Commissies is vastgesteld op twee jaar. Elke commissie kiest uit haar leden een voorzitter en tevens een plaatsvervangend voorzitter. De voorzitter van elke commissie is stemgerechtigd lid van de Beheerraad.
Art. 43 Het reglement van inwendige orde, goedgekeurd door de Beheerraad, bepaalt ieders bevoegdheid en werking.
Art. 44 De Technische en Scheidsrechterscommissie is belast met: 1. Het uitwerken van speelwijzen. 2. De controle van de biljarts en het bijbehorend materiaal. 3. Het opleiden van scheidsrechters. 4. Het afnemen van examens van scheidsrechters. 5. Het aanduiden van scheidsrechters voor finales op verzoek van de clubs. Deze Commissie maakt haar voorstellen over aan de Beheerraad, die ze aan de goedkeuring van de Algemene Vergadering onderwerpt. De Technische en Scheidsrechterscommissie kan echter soeverein beslissen over aangelegenheden die de spelreglementen betreffen.
Art. 45 De Sportcommissie heeft als taak te onderzoeken en te beboeten: 1. Klachten. 2. Onregelmatigheden. 3. Het niet toegepast worden van de reglementen. 4. Gevallen van onsportiviteit, die de bond kunnen schaden.
Art. 46 De Financiële Commissie is verantwoordelijk voor de financiële toestand, controleert de inkomsten / uitgaven en maakt elk jaar de begroting op voor het volgende seizoen.
Art. 47 De Beroepscommissie bestaat uit: 1. De voorzitter van de K.N.L.B.B., die als voorzitter fungeert. 2. Twee gewezen beheerraadsleden, voorgesteld door de Beheerraad en ter goedkeuring voorgelegd aan de Algemene Vergadering. De Beroepscommissie behandelt uitsluitend de betwistingen tegenover de beslissingen van de Sportcommissie. De beslissing van de Beroepscommissie is onherroepelijk.
1.5. DE BONDSSECRETARIS
Art. 51 De bondssecretaris vervult de hem door de Beheerraad opgelegde taken. Deze omvatten: 1. Het verzenden van de dagorde van de Algemene Vergadering aan elke voorzitter van de clubs. 2. Het opmaken van verslagen van vergaderingen van de Beheerraad en van de Algemene Vergaderingen. 3. Het opmaken van de verslagen van de verschillende wedstrijden, plus de telling van de gemiddelden. 4. Het opmaken van de spelerskaarten. 5. Het ontvangen van alle briefwisseling en het onmiddellijk beantwoorden van de zaken die geregeld zijn bij de reglementen of die daaruit voortvloeien. 6. Alle administratieve beslissingen die de bond aanbelangen. 7. Het bijwonen, zonder stemrecht, van alle zittingen van de Beheerraad en de Algemene Vergaderingen. 8. Waken over de uitvoering van alle verplichtingen van de clubs en de strikte toepassing van de statuten en reglementen van de K.N.L.B.B. 9. Het bewaren en bijeenhouden van het archief van de K.N.L.B.B. De secretaris heeft geen stemrecht in de vergaderingen. Hij ontvangt jaarlijks een vergoeding die door de Beheerraad wordt bepaald.
Art. 52 1. De bondssecretaris kan worden bijgestaan door een technische secretaris in de verschillende taken van het secretariaat, dit in onderlinge afspraak. 2. De technische secretaris woont de vergaderingen bij van de Beheerraad, van de Algemene Vergadering en van de Technische en Scheidsrechterscommissie, dit met informerende en adviserende bevoegdheid. 3. Hij ontvangt jaarlijks een vergoeding die door de Beheerraad wordt bepaald.
1.6. DE PENNINGMEESTER
Art. 61 De penningmeester houdt het kasboek. Hij doet alle financiële verrichtingen die de bond aanbelangen. Hij woont de vergaderingen bij van de Financiële Commissie, waarvan hij de verslagen opmaakt.
Art. 62 De penningmeester ontvangt jaarlijks een vergoeding, die door de Beheerraad wordt bepaald.
1.7. AANVAARDING, ONTSLAG, UITSLUITING, OVERGANGEN
Art. 71 Clubs, clubleden en individuele leden kunnen door de Algemene Vergadering aangenomen of geweigerd worden. De Algemene Vergadering moet nochtans haar beslissing motiveren.
Art. 72 De statuten en reglementen van de clubs moeten beantwoorden aan de statuten en reglementen van de K.N.L.B.B. Clubs die wensen aan te sluiten bij de K.N.L.B.B., moeten daartoe een schriftelijke aanvraag indienen bij de bondssecretaris, die deze aanvraag overmaakt aan de Beheerraad.
Art. 73 Een nieuwe club moet, om te kunnen worden aangenomen, deze aanvraag indienen vóór 1 juni. Een stemming van de Algemene Vergadering beslist over het al dan niet aannemen van de aanvragende club.
Art. 74 Elke bestaande of te stichten club kan bij de K.N.L.B.B. aansluiten, mits zich aan de bestaande statuten en reglementen te onderwerpen.
Art. 75 In iedere gemeente waar reeds een club van de K.N.L.B.B. bestaat die 20 leden of minder telt en die op een afstand van minder dan 2 km gelegen is van de club die een aanvraag indient, zal de oprichting van een volgende of nieuwe club niet worden toegestaan.
Art. 76 Bijzondere gevallen met betrekking tot de aansluiting of stichting van een nieuwe club zullen beslecht worden door de Algemene Vergadering op advies van de Beheerraad.
Art. 77 De schorsing van een club of haar leden kan door de Algemene Vergadering uitgesproken worden tegen wie zich schuldig maakt aan een ware overtreding van het reglement of aan daden die de Bond ernstig kunnen schaden.
Art. 78 Uitsluitingen uit de K.N.L.B.B. vallen onder de bevoegdheid van de Algemene Vergadering.
Art. 79 Alle ontslagnemingen moeten schriftelijk overgemaakt worden aan de K.N.L.B.B.
Art. 80 lederen wijziging die zich voordoet in de clubfuncties LOKAAL, EEN BESTUURSLID, ENZ.... hetzij door een sterfgeval, ontslag of om eender welke reden, moet binnen een termijn van veertien dagen meegedeeld worden aan de bondssecretaris. Tussen I juli en de aanvang van de competitie zijn veranderingen in bovengenoemde functies onmogelijk. In geval van overmacht berust de regelende, bemiddelende alsook de beslissende bevoegdheid bij de Beheerraad, zonder in enig opzicht ten overstaan van wie of welke instantie ook tot verantwoording verplicht te zijn ( wijziging van Artikel bij beslissing van de Algemene Vergadering van 03-05-1991 ).
Art. 81 Eisen en klachten van ongegronde, kwetsende of onredelijke aard kunnen door de commissie die ze zal behandelen met een disciplinaire straf beboet worden. Een klacht moet schriftelijk bij de bondssecretaris ingediend worden ( met de post of per e-mail ) ten laatste drie werkdagen na de feiten ( indien per post is de postdatum geldend ). Een kopie ervan moet door de bondssecretaris gestuurd worden naar de voorzitter van de Sportcommissie. De speler tegen wie een klacht wordt neergelegd, kan zich voor zijn verdediging laten bijstaan door een afgevaardigde van zijn club. Bij een officiële klacht is de Sportcommissie altijd verplicht al de betrokken partijen uit te nodigen.
Art. 82 De spelers die overkomen van andere bonden, moeten aan hun nieuwe club een getuigschrift of lidkaart van hun vorige club voorleggen, vermeldend het laatst gespeelde gemiddelde. De clubsecretaris moet deze documenten samen met de nieuwe spelerslijst, overmaken aan de Bondssecretaris. De beslissing over de te spelen punten wordt genomen door de Technische en Scheidsrechterscommissie.
Art. 83 Nieuwe spelers Indien zich tijdens het seizoen een nieuwe speler aanmeldt bij een club, dient deze de Bondssecretaris daarvan op de hoogte te stellen. Deze levert een lidboekje en/of spelerskaart af, vanaf welk ogenblik deze speler mag spelen. De nieuwe speler zal bijgevoegd worden op de eerstvolgende te verschijnen spelerslijst.
Art. 84 Om van club te mogen veranderen heeft een speler de schriftelijke toestemming nodig van de club die hij verlaat. De overgang van spelers kan geweigerd worden, wanneer de speler financieel of materieel niet in orde is met deze club.
Art. 85 Wanneer een speler de toestemming krijgt voor de overgang naar een andere club, moet hij zijn aansluiting laten regulariseren door zijn nieuwe club.
Art. 86 Overgangen zijn slechts toegelaten tussen de afsluiting van het voorbije seizoen en 15 juni. Overgangen gedurende het seizoen zijn niet toelaatbaar tussen clubs van de K.N.L.B.B.
Art. 87 Wanneer een club weigert de overgang van een speler toe te staan, kan de betrokken speler het geschil voor de Sportcommissie brengen. De aanvragen dienen schriftelijk te gebeuren.
Art. 88 Wanneer een lid door zijn clubbestuur geschrapt wordt, behoort hij niet meer tot de K.N.L.B.B en mag hij tijdens dat seizoen geen enkele officiële wedstrijd meer spelen. De overgang naar een andere club is toegelaten als voldaan wordt aan alle betreffende reglementpunten.
1.8. DE ALGEMENE VERGADERING
Art. 101 De Algemene Vergadering vertegenwoordigt de K.N.L.B.B. Zij is regelmatig samengesteld als de helft plus.1 ( één ) van de leden aanwezig is.
Art. 102 De Algemene Vergadering bestaat uit de voorzitter van elke club en de leden van de Beheerraad. Alleen de voorzitter of de ondervoorzitter of de secretaris van de clubs worden tot de Algemene Vergadering toegelaten. De niet-stemgerechtigde leden van de Beheerraad zijn evenmin stemgerechtigd in de Algemene Vergadering.
Art. 103 Het bijwonen van de Algemene Vergadering is verplicht. Afwezigheid of te laat koming wordt beboet.
Art. 104 De Algemene Vergadering bestuurt de K.N.L.B.B. Zij bezit de meest uitgebreide macht tot het goedkeuren en uitvoeren van handelingen die de bond aanbelangen.
Art. 105 De Algemene Vergadering kan zijn bevoegdheden overdragen aan de Beheerraad. Nochtans behoudt zij zich het recht voor om zelf de volgende beslissingen te treffen: 1. De benoeming van de leden van de Beheerraad. 2. De benoeming van ereleden. 3. De goedkeuring van het financieel verslag. 4. De uitsluiting van leden of clubs, voorgesteld: a. Door de Beheerraad, gebruik makend van zijn bevoegdheid. b. Door de Beheerraad, op voorstel van de bevoegde Commissie. 5. De wijziging en goedkeuring van de statuten.
Art. 106 De Algemene Vergadering wordt bijeengeroepen per brief of per e-mail, waarin de dagorde vermeld is, ten minste één week vóór de vastgestelde datum.
Art. 107 De door de Algemene Vergadering getroffen beslissingen, alsmede benoemingen zullen aan de aangesloten leden worden meegedeeld door middel van een verslag, dat opgezonden wordt aan alle leden van de Beheerraad, de voorzitters van de clubs en de clublokalen.
Art. 108 De eerste bijeenkomst van de Algemene Vergadering is een statutaire vergadering. Ten minste 2/3 (twee derden) van de stemgerechtigde leden moeten aanwezig zijn opdat geldig zou kunnen worden gestemd.
Art. 109 Bijkomende zittingen van de Algemene Vergadering dienen schriftelijk te worden aangevraagd aan de Voorzitter van de K.N.L.B.B.. Deze aanvraag dient de te behandelen punten te vermelden. De voorzitter beslist over de noodzakelijkheid van de aanvraag of verwijst naar de desbetreffende Commissie.
Art. 110 Buitengewone bijeenkomsten van de Algemene Vergadering kunnen door de voorzitter of de meerderheid van de leden van de Beheerraad worden bijeengeroepen.
Art. 111 Om op de dagorde van de zitting van de Algemene Vergadering te worden vermeld, moeten de voorstellen aangenomen zijn door de Beheerraad, of uit een vergadering van een commissie komen. De voorzitter en de bondssecretaris kunnen punten vermelden die noodzakelijk geacht worden.
Art. 112 De stemmingen geschieden per stembrief of bij handopsteken. De gewone beslissingen worden genomen bij een volstrekte meerderheid van stemmen ( de helft plus 1 ). Wijzigingen aan de statuten vereisen echter een meerderheid van 2/3 ( twee derden ) van de stemmen.
Art. 113 De regelmatig genomen beslissingen zijn geldig voor alle leden.
Art. 114 De geheime stemming kan door de voorzitter van de vergadering of op verzoek van 1 lid van de Algemene Vergadering worden geëist.
1.9. BEPALINGEN ALLERHANDE
Art. 122 - Sponsoring Het is de clubs van de K.N.L.B.B. toegelaten vergoedingen te ontvangen in ruil voor het dragen van publiciteit.
Art. 123 Clubs die een punt door een commissie willen behandeld hebben, moeten dat ten minste een week vóór de vergadering aan de voorzitter van de betreffende commissie hebben overgemaakt.
De wijzigingen en verbeteringen aan deze Statuten en Reglementen werden goedgekeurd door de Algemene Vergadering van 01 september 2016.
De Bondsvoorzitter, Chrétien Janssen De Technische Secretaris, Jan Van Helden De Bondssecretaris, Van Den Broeck Alfons
2. TECHNISCH REGLEMENT
2.1. SPELERSKAART, GEMIDDELDE, HERZIENINGEN, CATEGORIEËN en HANDICAPPUNTEN
2.1.1. DE SPELERSKAART
2.1.1.1. ALGEMEENHEDEN
Art. 201 Voor elke speler bestaat er een spelerskaart. Op die kaart staat het lidnummer, despelersnaam, de clubnaam en de te spelen punten vrij spel / kader, overband en drieband. Vóór de aanvang van het seizoen krijgt de speler zijn spelerskaart van de Bondssecretaris. Indien er niets verandert is aan de te spelen punten, behouden de spelers hun oude spelerskaart.
Art. 202 De speler moet zijn spelerskaart afgeven aan de schrijver in het lokaal waar de wedstrijd plaats heeft.
Art. 203 Wanneer een speler promoveert, krijgt hij via de secretaris van zijn club een nieuwe spelerskaart van de Bondssecretaris.
2.1.2. HET GEMIDDELDE EN DE HERZIENING
2.1.2.1. HET GEMIDDELDE
Art. 221 Een speler start zijn seizoen in de K.N.L.B.B. aan het hoogst genoteerde gemiddelde dat hij /zij in de K.N.L.B.B. speelt, of volgens de vergelijkingstabel indien hij / zij in een andere bond speelt. ( zie ook Art. 281 en 275 )
2.1.2.2. BEREKENING VAN HET GEMIDDELDE
Art. 230 Uitleg " berekening van het gemiddelde " >>> zie website K.N.L.B.B.
Art. 231 Men bekomt het gemiddelde van een speler door zijn totaal aantal gemaakte caramboles te delen door het totaal aantal gemaakte beurten. Men deelt tot 2 cijfers na de komma, echter zonder af te ronden. Bij drieband deelt men tot 3 cijfers na de komma. Men berekent afzonderlijk het gemiddelde voor vrijspel / kader, overband en drieband.
Art. 232 Men berekent afzonderlijk het gemiddelde voor: 1. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden vrij / kader samen. 2. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden overband samen. 3. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden drieband samen.
Art. 233 Een partij waarin een speler minder dan 75 % van zijn " te spelen gemiddelde " of bondsgemiddelde behaalt, komt tijdens het seizoen niet in aanmerking bij het berekenen van het gemiddelde, op het einde van het seizoen wel. Wedstrijden onder de 60 % tellen op het einde van het seizoen NIET mee.
Art. 234 Het partijgemiddelde wordt berekend door de schrijver van het lokaal waar de partij plaats vindt. Dit partijgemiddelde dient op het officiële wedstrijdformulier ingevuld te worden. Voor de wedstrijden Vrij, Kader, Overband en Drieband " DRIE " cijfers achter de komma.
2.1.2.3. HERZIENINGEN
Art. 241 Uitleg " berekening van het gemiddelde " >>> zie website K.N.L.B.B.
Art. 242 Indien een speler promoveert, is de secretaris van zijn club verantwoordelijk dat de betrokken speler onmiddellijk op de hoogte wordt gebracht. De speler is verantwoordelijk dat hij zijn nieuwe punten speelt vanaf de voorziene speeldag.
2.1.2.3.1. NIEUWE SPELERS
Art. 251 Een inschrijvingsformulier is voorzien voor het aangeven van een nieuwe speler. Het inschrijvingsformulier dient ingevuld en overgemaakt te worden aan het bondssecretariaat alvorens de nieuwe speler mag worden opgesteld. Men kan slechts lid zijn van één club van de K.N.L.B.B.
Art. 252 Men is geen nieuwe speler meer als de speler 4 partijen gespeeld heeft in de competitie ( zie Art. 255 en 263 ), of na twee opeenvolgende seizoenen lidmaatschap van de K.N.L.B.B.
Art. 253 De secretaris van de club geeft het gemiddelde op waaraan een nieuwe speler start. Wanneer dat gemiddelde merkelijk te laag of te hoog werd opgegeven, dan zal het geval door de Technische Commissie onderzocht en aangepast worden en eventueel worden overgemaakt aan de Sportcommissie.
Art. 254 Deze spelers krijgen na 4 telbare partijen ( 75 % of hoger ) Vrij / Kader automatisch een bondsgemiddelde. De clubsecretaris is verantwoordelijk voor de berekening ervan.Hij wordt niet gewaarschuwd door de Technische - en / of Bondssecretaris. Deze 4 partijen ( 75 % of hoger ) tellen mee voor alle latere tellingen.
Art. 255 Nieuwe spelers mogen niet deelnemen aan bekertornooien en individuele wedstrijden.
Art. 256
Het is verboden een nieuwe speler op te stellen vanaf de laatste 3 ( drie ) wedstrijden van de periode of het seizoen. Ingeval van overmacht zal een beslissing genomen worden door de Bondssecretaris, die deze beslissing zal motiveren bij de Beheerraad.
2.1.2.3.2. ANDERE SPELERS
Art. 261 Het gemiddelde van een speler kan slechts herzien worden, wanneer hij ten minste 7 telbare ( 75 % of hoger ) wedstrijden heeft gespeeld in een bepaald onderdeel.
Art. 262 Wanneer een speler promoveert van vrij spel naar kader, of van kader 38/2 naar kader 57/2, dan wordt zijn gemiddelde ( kader ) automatisch herzien na 4 ( vier ) partijen ( 75 % of hoger ) in competitie, individuele kampioenschappen en bekertornooien samen.
Art. 264 Spelers aan wie ten gevolge van hun eigen aanvraag, een vermindering van hun te spelen gemiddelde werd toegestaan, van twee of meer categoriën, worden aanschouwd als nieuwe spelers. De Technische en / of de Sportcommissie heeft dan het recht, het te spelen gemiddelde van de betreffende spelers naar bevinding eventueel weer te verhogen. Deze aanvraag moet gericht worden aan de voorzitter van de Sportcommissie en moet gebeuren voor 01 juni. Indien de Sportcommissie een speler 2 of meer categorieën laat zakken, dan moet deze speler aanzien worden als een nieuwe speler. ( zie Art. 252, 254 en 255 )
2.1.2.4. PROMOVEREN TIJDENS HET SEIZOEN
Art. 271 Een speler promoveert wanneer hij bij een herziening het gemiddelde van een hogere categorie heeft bereikt.
Art. 272 Men kan tijdens het seizoen niet dalen naar een lagere categorie.
Art. 273 Een speler die in een andere Bond dan de K.N.L.B.B. speelt moet zijn te spelen punten van die andere Bond doorgeven aan de K.N.L.B.B. Indien deze speler promoveert in een andere Bond tijdens of na het seizoen moet hij deze nieuwe punten onmiddellijk doorgeven aan de secretaris van de K.N.L.B.B.
Art. 274 Een speler die bij een andere Biljartbond promoveert ( zie Art. 273 ) moet in de K.N.L.B.B. zijn nieuwe punten spelen vanaf de eerstvolgende vrijdag en nadat de Bondssecretaris dit heeft doorgekregen. De Bondssecretaris van de K.N.L.B.B. maakt dan een nieuwe spelerskaart voor de betrokken speler ( kan pas vanaf de volgende speeldag in competitie ) en overhandigd deze via de secretaris van de betrokken speler.
Art. 275
Een speler die vrijwillige promotie ( van één of meerdere categorieën ) wenst te verkrijgen, moet dit op voorhand doorgeven aan de Bondssecretaris ofwel moet hij dit op voorhand doorgeven aan de schrijver door apart op het wedstrijdblad te laten vermelden. De Bondssecretaris maakt dan een nieuwe spelerskaart. Men kan niet vrijwillig promoveren naar een andere discipline ( bv van vrij spel naar kader ).
2.1.2.5. HET GEMIDDELDE NA AFLOOP VAN HET SEIZOEN
Art. 281 Aan het einde van ieder seizoen is er steeds een herziening van het gemiddelde. Deze herziening bepaalt het eindgemiddelde. Men berekent het gemiddelde over alle geldige partijen. Men berekent afzonderlijk het gemiddelde voor: 1. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden vrijspel / kader samen. 2. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden overband samen. 3. De competitie, de bekerwedstrijden en de individuele wedstrijden drieband samen. Voor het berekenen van deze gemiddelden worden alle wedstrijden in aanmerking genomen, tenzij de bond het anders bepaalt.( zie Art. 233 ). Wedstrijden onder de 60% tellen op het einde van het seizoen NIET mee.
Art. 282 Bij een verkeerde speleropstelling ( handicappunten ) worden de gemaakte caramboles meegeteld voor het berekenen van het gemiddelde. Hetzelfde geldt voor de tegenstrever in de betreffende partij. De tegenstrever kan hiertegen in beroep gaan bij de Sportcommissie.
Art. 283 Aan het einde van het seizoen kan men maximaal 1 ( één ) categorie degraderen. Om te kunnen degraderen moet men echter ten minste 6 ( zes ) telbare partijen tijdens het seizoen hebben gespeeld, ( zie Art. 233 )
Art. 284
In de diciplines OVERBAND en DRIEBAND kan een speler niet lager dalen dan één categorie onder de punten in de vergelijkingstabel ( na herziening ). Het te spelen aanvangsgemiddelde is bepaald door de vergelijkingstabel en is gelinkt aan het te spelen gemiddelde vrij spel / kader.
Art. 285
Een speler kan enkel op eigen verzoek degraderen naar een lagere discipline. Voorbeeld: een speler die van 100 kader naar 180 vrij wenst te degraderen, moet dit op het einde van het seizoen aanvragen bij de Sportcommissie.
Art. 286 Categorie-indeling voor spelers die INACTIEF waren. Men is inactief wanneer men gedurende een biljartseizoen geen enkele officiële wedstrijd gespeeld heeft in geen enkele bond of vereniging. Gevolgen: - Na 1 jaar inactiviteit: geen verlaging van categorie. - Na 2 of 3 jaar inactiviteit: verlaging met 1 categorie. - Na 4 jaar inactiviteit: verlaging met 2 categorieën. - Na 5 jaar inactiviteit: men wordt beschouwd als nieuwe speler en de nieuwe handicappunten worden onder de verantwoordelijkheid van de clubsecretaris opgegeven.
2.1.3. CATEGORIEËN en HANDICAPPUNTEN
Art. 301 De handicappunten zijn de caramboles die een speler in een partij moet maken om deze te winnen of om gelijk te spelen.
Art. 302 De handicappunten komen overeen met bepaalde categorieën. Elke categorie beantwoordt aan een bepaald gemiddelde, berekend op biljartformaat 2.30 en op 20 beurten ( drieband 40 beurten ).
Art. 303 Categorieën: Indelingen en overeenstemmende gemiddelden, zie tabellen Art. 1033
Art. 305 Wanneer een speler promoveert in Vrij Spel of Kader ( ofwel door een herziening van de gemiddelden, ofwel door vrijwillige promotie ), dan worden zijn punten in de disciplines Overband en Drieband aangepast volgens de vergelijkingstabel.
Art. 306 Bij een herziening van de gemiddelden in de disciplines Overband en Drieband kan een speler NIET lager dalen dan de overeenstemmende categorie Vrij spel of Kader ( zie vergelijkingstabel )
Art. 307 Elke speler mag ongelimiteerd geforceerd spelen zonder te promoveren. Men kan enkel geforceerd spelen in de eigen dicipline.
2.2. DE KAMPIOENSCHAPPEN
2.2.1. ALGEMEEN
Art. 311 Onder kampioenschappen wordt verstaan: een reeks van wedstrijden ingericht door de K.N.L.B.B.
2.2.2. DE COMPETITIE
2.2.2.1. INRICHTING
Art. 321 De competitie zal plaats hebben gedurende de winterperiode ( van september tot en met mei ) en wordt ingericht door de bond. Het is een collectief spel, d.w.z. men speelt in ploegen, die ingedeeld zijn in meerdere afdelingen.
Art. 322 Wijze van spelen, puntensysteem, minimum te spelen categorie per afdeling en kalender zullen jaarlijks aan de hand van actuele gegevens, door de Technische- en Scheidsrechterscommissie verstrekt, besloten worden door de Algemene Vergadering en meegedeeld aan de aangesloten clubs.
2.2.2.2. INSCHRIJVING
Art. 331 Elke club schrijft ten minste 1 ( één ) ploeg in voor deze competitie. In speciale gevallen mag een club hooguit 1 ( één ) jaar inactief blijven. Nadien wordt ze beschouwd als een nieuwe club.
Art. 332 Clubs met 25 ( of minder ) leden mogen maximaal 4 ploegen inschrijven in maximaal 4 afdelingen, met dien verstande dat er voor elke ploeg voldoende spelers voorhanden zijn.
Art. 333 Clubs met méér dan 25 leden mogen in alle afdelingen een ploeg inschrijven ( maximum 6 ploegen ), met dien verstande dat er voor elke ploeg voldoende spelers voorhanden zijn.
Art. 334 Vóór de aanvang van de jaarlijkse competitie zal elke club van de bondssecretaris een formulier ontvangen, waarop dient te worden aangeduid. - Het lokaal van de club, met adres, telefoonnummer en sluitingsdag(en). - De voorzitter van de club, met telefoonnummer. - De ondervoorzitter van de club, met telefoonnummer. - De secretaris van de club, met adres en telefoonnummer. - Het aantal ploegen dat deelneemt aan de competitie, alsmede de afdelingen waarin elke ploeg wenst te spelen. - Alle bestuursleden van de club doorgeven ( zij komen niet in het kalenderboekje ). Dit is nodig in verband met de beker der verstandhouding. Dit formulier dient aan de bondssecretaris te worden teruggestuurd vóór 10 juni. De Technische Commissie kan ploegen weigeren, veranderen of toevoegen in de verschillende afdelingen.
Art. 335 Uitzonderingen op de Artikelen 332 - 333 zullen worden onderzocht door de Technische Commissie, die haar beslissing bij de Beheerraad zal motiveren.
Art. 336
Elke speler mag ongelimiteerd geforceerd spelen zonder te promoveren. Men kan enkel geforceerd spelen in de eigen dicipline.
2.2.2.3. KALENDER
2.2.2.3.1. OPSTELLING
Art. 341 De kalender wordt opgesteld door de Bondssecretaris. De opstelling gebeurt volgens de indeling van de afdelingen op advies van de Technische Commissie. Een afdeling mag uit maximaal 16 ploegen bestaan en een ploeg mag uit maximaal 4 spelers bestaan. Er wordt rekening gehouden met: de sterkte der spelers volgens het te spelen gemiddelde, de afdelingen door de clubs opgegeven en in de mate van het mogelijke de voorkeurdagen door de clubs opgegeven. De Technische Commissie onderzoekt deze mogelijkheden.
Art. 342 Er wordt niet gespeeld tijdens de weekends van Karnaval en Pasen. Er wordt geen competitie gespeeld wanneer er een individuele finale plaats vindt in een lokaal van de K.N.L.B.B. Er wordt niet gespeeld wanneer een wettelijke feestdag op een vrijdag, zaterdag of zondag valt.
Art. 343 Spelen met twee ploegen in één afdeling is toegelaten ( met inachtneming van Artikelen 332 en 333 ). Beide ploegen spelen dan de eerste wedstrijd van de heen ronde en de eerste wedstrijd van de terugronde tegen elkaar. Tijdens elk van beide wedstrijden van de heen- en terugronde kan de bond een afgevaardigde sturen ter controle. De B-ploeg speelt op zondag indien de kalender dit noodzaakt.
2.2.2.3.2. KALENDERDAG, SPEELDATUM EN UUR, WIJZIGINGEN
Art. 351 Een kalenderdag is de periode gaande van donderdag tot en met de daarop volgende zondag. Alle wedstrijden door de competitiekalender gepland in deze periode behoren tot dezelfde kalenderdag.
Art. 352 Eenzelfde speler mag binnen de periode van eenzelfde kalenderdag meerdere competitiewedstrijden spelen, maar wel in verschillende ploegen. Hij mag wel maar maximum 2 competitiewedstrijden spelen op dezelfde datum. Op het wedstrijdverslag moet het juiste uur van einde wedstrijd komen te staan.
Art. 353 De wedstrijden beginnen om 19.30 u. Een vertraging van meer dan 30 minuten, zowel voor de bezoekers als voor de bezochten, kan forfait tot gevolg hebben. Vanaf het ogenblik dat er meer dan 30 minuten oponthoud is tussen twee opeenvolgende partijen, kan men eveneens forfait aanvragen.
Art. 354 In geval van overmacht kan de voorzitter, op voorstel van de Bondssecretaris, beslissen om al de wedstrijden van de kalenderdag uit te stellen en te verschuiven naar onbezette dagen van de kalender, dit om het regelmatige verloop van de competitie niet te schaden.
Art. 355 Bij forfait in competitiewedstrijden zal een boete opgelegd worden van 5 € per forfaitgevende speler.
Art. 356 In de laatste 3 (drie) competitiewedstrijden van elke ronde mag er geen forfait gegeven worden, deze wedstrijden moeten worden gespeeld.
Art. 357 Het vervroegen van een wedstrijd of partij zonder verwittigen van de Bondssecretaris is enkel toegelaten wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan: - De wedstrijden van de laatste drie kalenderdagen mogen in geen geval worden vervroegd of uitgesteld, maar moeten op de vastgestelde datum gespeeld worden. - De wedstrijd of partij mag slechts 4 dagen vervroegd worden vanaf de vastgestelde kalenderdag, d.w.z. op de maandag, de dinsdag, de woensdag of de donderdag die eraan voorafgaan. - Over de veranderde datum moeten de betrokken ploegen zelf een onderling akkoord maken. - Men maakt melding van deze verandering in het beknopt verslag.
Art. 358 Het uitstellen van een wedstrijd of een partij tot na de kalenderdag is niet toegelaten zonder toestemming van de Bondssecretaris. Indien een wedstrijd / speeldag moet uitgesteld worden, dan verwittigt de betrokken club: - De Bondssecretaris, die dan de nodige beslissing neemt, indien nodig in overleg met de voorzitter van de K.N.L.B.B.. - De tegenstrever(s).
2.2.2.4. PUNTENSYSTEEM en RANGSCHIKKING
Art. 361 Het puntensysteem wordt bij de aanvang van het seizoen bekend gemaakt.
Art. 362 De wedstrijdpunten van een ploeg worden bekomen door de partijpunten van elke speler van de ploeg samen te tellen. Aan de hand van deze wedstrijdpunten wordt de rangschikking per afdeling opgemaakt.
Art. 363 Het berekenen van de partijpunten van een speler : ° Wij delen de gespeelde punten door de gespeelde beurten ( niet afronden ). ° Dit getal delen wij door het te spelen gemiddelde ( niet afronden ) ° Dit getal vermenigvuldigen wij met 100 en het getal voor de komma ( niet afronden ) zijn de verkregen wedstrijdpunten. ° Bij winst binnen de 20 beurten vrijspel of 40 beurten drieband krijgt de speler 10 punten extra. Bij gelijkspel binnen de 20 beurten vrijspel of 40 beurten drieband krijgen beide spelers 5 punten extra.
Art. 364
Een wedstrijd duurt nooit langer dan 40 beurten ( vrij / kader ), en 40 beurten ( drieband ), altijd met gelijke beurten.
2.2.2.5. PRIJZEN
Art. 371 Aan de eerste twee geklasseerde van elke afdeling wordt een stel biljartballen toegekend.
2.2.3. DE INDIVIDUELE KAMPIOENSCHAPPEN
2.2.3.1. INRICHTING
Art. 381 Het individueel kampioenschap wordt ingericht door de K.N.L.B.B.. Het is een individueel spel, d.w.z. een speler komt uit in één bepaalde reeks tegenover ongeveer dezelfde geklasseerde spelers.
Art. 382 Wijze van spelen, puntensysteem en reeksindeling zullen jaarlijks aan de hand van actuele gegevens door de Technische en Scheidsrechterscommissie worden uitgewerkt.
Art. 383
Indien er wanpraktijken worden vastgesteld bij individuele wedstrijden ( bv. herhaaldelijk niet tijdig aanwezig, wedstrijden verplaatsen zonder de Technische Secretaris te verwittigen, nooit bereikbaar zijn, van slechte wil zijn, op eigen initiatief de wedstrijden verplaatsen naar een ander lokaal, enz.... ) kan de Technische Commissie een sanctie opleggen. ( bv. één jaar niet mogen deelnemen aan individuele wedstrijden, ... )
Art. 384
Voor een speler die zonder ernstige reden en / of tijdige verwittiging forfait geeft, gelden volgende sancties: 1) een boete van 25 euro --- 2) een schorsing voor elk individueel kampioenschap van het lopende seizoen plus voor het het individuele kampioenschap van de daarop volgende 2 seizoenen.
Art. 385
In geval van een forfait bij individuele kampioenschappen worden 100 forfaitpunten toegekend aan de tegenstrever en dit voor al zijn forfait wedstrijden. De gespeelde wedstrijden tellen wel mee voor de herzieningen. Indien een speler 110 forfaitpunten krijgt, telt deze wedstrijd niet als gewonnen wedstrijd.
Art. 386
Om afwezigheden te vermijden, dienen de spelers en het lokaal de volgende regeling in acht te nemen: 1) de eerste partij begint normaal om 19 u 30 --- 2) elke speler dient ten laatste om 20 u 00 aanwezig te zijn. Wie onmogelijk op dat uur aanwezig kan zijn ( bv. door werkgelegenheid ), moet vooraf de verantwoordelijke van de inrichtende club en de T.S. daarvan op de hoogte brengen.--- 3) Afwezigheid om een niet ernstige reden heeft niettemin steeds de in Art. 384 genoemde sancties tot gevolg. Wie zich voor een individueel kampioenschap inschrijft, dient er dan ook zeker van te zijn dat hij kan meespelen.
Art. 387
Elke club met 15 leden of meer is verplicht om individuele wedstrijden in te richten. Voor alle clubs telt de regel : niet inrichten = niet deelnemen.
2.2.3.2. INSCHRIJVING EN FINANCIEN
Art. 391 Elk lid van de K.N.L.B.B. is vrij zich in te schrijven ( uitzonderingen zie Art. 252 en 255 ).
Art. 392 De clubsecretaris is verantwoordelijk voor de inschrijving van zijn spelers. Hij verstuurt het daartoe bestemde formulier naar de Tecnisch Secretaris en dit vóór een gestelde datum.
Art. 393 Het inschrijvingsgeld per speler wordt bepaald door de Algemene Vergadering en komt volledig ten goede aan de bondskas.
Art. 394 Bij elke inschrijving kan men bepaalde voorkeurdagen opgeven, waarmee de Technische Secretaris in de mate van het mogelijke zal rekening houden.
Art. 395
Prijzen ( de geldprijs en kampioenenspeldje ) van de individuele kampioenschappen moeten afgehaald worden vóór de eerste speeldag van het nieuwe seizoen. Indien een geldprijs niet tijdig is afgehaald, gaat deze prijs terug naar de bondskas van de KNLBB.
2.2.3.3. REEKSINDELING EN PROMOVEREN
Art. 401 Het individueel kampioenschap wordt gespeeld over bepaalde reeksen, waarin meerdere categorieën of handicappunten kunnen worden opgenomen. Over deze reeksindeling beslist de Technische - en Scheidsrechterscommissie.
Art. 402 Elke reeks wordt gespeeld over één voorronde en één finaleronde.
Art. 403 Wanneer in de loop van een individueel kampioenschap een herziening plaats vindt, dient een promoverende speler onmiddellijk ( d.w.z. na officiële berichtgeving ) zijn nieuwe punten te spelen, zonder echter van afdeling te veranderen. Dat geldt voor elke discipline.
2.2.3.4. PUNTENSYSTEEM EN KLASSEMENT
Art. 411 Het puntensysteem wordt bepaald door de Technische- en Scheidsrechterscommissie.
Art. 412 - Zie artikel 363
Art. 413 De spelers worden als volgt gerangschikt: 1. Totaal van de wedstrijdpunten. 2. Totaal aantal gewonnen wedstrijden. 3. Het totaal aantal wedstrijdpunten die de speler tegen heeft.
Art. 414 Spelers van eenzelfde club die samen in dezelfde poule zitten en tegen elkaar moeten spelen, moeten dan ( indien mogelijk ) de eerste wedstrijd onderling tegen elkaar spelen, dit om onregelmatigheden te voorkomen.
Art. 415 Per afdeling zijn er individuele prijzen voorzien.
Art. 416 In de voorronden van alle individuele kampioenschappen wordt er gespeeld met nabeurt, de nabeurt is altijd met opzetten, in de halve finales en de finales wordt er gespeeld zonder nabeurt.
2.3. BEKERTORNOOIEN
2.3.1. BEPALING
Art. 421 Een bekertornooi wordt gespeeld tussen meer dan twee ploegen van drie spelers ( bij Overband = vier spelers ) met rechtstreekse uitschakeling van de tegenstrever, door middel van achtervolging. De organiserende club mag zelf met maximum drie ploegen deelnemen aan hun eigen tornooi.
Art. 422 Aan een tornooi is steeds een trofee of beker verbonden. Men maakt onderscheid tussen de trofee, die voor altijd in het bezit blijft van de winnaar, en de wisseltrofee.
Art. 423 Een bekertornooi zal steeds in één zelfde seizoen worden uitgespeeld.
Art. 424 Men maakt onderscheid tussen tornooien ingericht door de bond en tornooien ingericht door een club.
Art. 425
De clubs die een bekertornooi inrichten, worden aangeduid via een beurtrol. In uitzonderlijke omstandigheden kan deze beurtrol worden aangepast: 1) ten gevolge van een gegronde aanvraag 2) door de Technische Commissie
De clubs die een tornooi inrichten, zullen een formulier ontvangen met instructies waar zij zich aan dienen te houden. Dit formulier is ook terug te vinden op de website van de K.N.L.B.B. ( www.knlbb.be )
2.3.2. TORNOOIEN, INGERICHT DOOR DE BOND
Art. 431 Alleen de bond heeft het recht een tornooi in te richten waaraan een WISSELBEKER is verbonden. Een wisselbeker wordt jaarlijks opnieuw uitgespeeld. Hij wordt definitief eigendom van een club, wanneer deze club driemaal winnaar is geworden van dit tornooi.
Art. 432 Speelwijze, kalender, puntensysteem, minimum te maken punten en prijzen worden door de Technische en Scheidsrechterscommissie voorgesteld.
Art. 433 Het reglement van de wisselbeker van de K.N.L.B.B. is als bijlage bijgevoegd.
2.4. SANCTIES
Art. 531 De Sportcommissie lost de geschillen op aangaande de spelreglementen. Zij bepaalt de toe te passen sancties.
Art. 532 Er worden sancties genomen in de volgende gevallen: 01 Op de Algemene Vergadering afwezig zijn zonder geldige reden. 02 Forfait in wedstrijden. 03 Verkeerd invullen of vervalsen van documenten. 04 Te Iaat aan het bondssecretariaat overmaken van de resultaten van de competitie- of bekerwedstrijden, dit geldt voor de wedstrijden van de K.N.L.B.B. en die van de bonden waarmee een akkoord is gesloten. 05 Opstellen van niet aangesloten spelers. 06 Niet tijdig betalen van de bijdragen. 07 Reglement overtredingen of daden die de bond kunnen schaden. 08 NIET SPELEN in officieel clubtenue MET BONDSEMBLEEM. 09 Wangedrag van een speler. 10 Geen voorrang geven aan wedstrijden van de KNLBB door spelers die in twee bonden spelen
11 Het niet voor 1 juni naar de Bondssecretaris opsturen van de in een andere bond behaalde wedstrijdgegevens in het afgelopen speelseizoen. 12 De niet-uitvoering van een uitspraak gedaan door de Sportcommissie of een Beroepscommissie.
Art. 533 De volgende sancties kunnen worden toegepast: 01 Uitsluiting. 02 Schorsing, gaande van één wedstrijd tot één jaar. 03 Vermindering van punten. 04 Opmerking of berisping. 05 Geldboetes ( moeten door de Bondssecretaris worden toegepast ): a. Afwezig van de Algemene Vergadering: 7,50 euro. b. Niet tijdig insturen van wedstrijdbladen: 10,00 euro. c. Gebruik van verkeerd nummer voor de speler op de samenvatting: 2,50 euro ( enkel voor de thuisploeg / inrichtende club ). d. Foutief invullen van het wedstrijdblad: 7,50 euro ( met uitzondering van Art. 533 punt c ). e. Vervalsing van de samenvatting: 25,00 euro plus schorsing of uitsluiting. f. Niet aan de bondssecretaris van de KNLBB melden dat een speler ook in een andere biljartbond speelt: 10,00 euro. g. NIET GESPEELD IN VOORGESCHREVEN KLEDIJ: 10,00 euro h. PUNT "g" NIET DOORGEGEVEN: 2,50 euro. i. Forfait ( in Competitie ): per speler 5,00 euro. j. Bij Forfait van een bekerwedstrijd dient een boete van 20,00 euro betaald te worden. Het inschrijvingsgeld en de boete moeten in dit geval aan de organiserende club betaald worden via respectievelijke bonden. Bij de KVBBL is de boete bepaald op: op een niet verwittigde forfait 70,00 euro en bij een verwittigde forfait 20 euro. k. Opstellen van niet-aangesloten speler: 12,50 euro plus verlies van de wedstrijdpunten. l. Geen voorrang geven aan spelen in de KNLBB 1ste keer: 25,00 euro; 2de keer: verlies van toelating om in de andere bond te spelen.
m. Lokaal niet in orde ( bv. geen opschrijfbord ): 5,00 euro
n. Niet na leven van de richtlijnen in art. 425, 1070 en 1071: 15,00 euro
o. Het opschrijfbord of computerscherm niet gebruiken ( één van de twee moet gebruikt worden ) : 10,00 euro
BIJLAGE I WISSELBEKER VAN DE K.N.L.B.B. REGLEMENT
01. De wisselbeker K.N.L.B.B. wordt jaarlijks uitgespeeld onder de clubs van de K.N.L.B.B. De wedstrijden vangen aan bij het begin van februari.
02. Nieuwe spelers mogen in dit bekertornooi meespelen, mits zij in de competitie ten minste 4 (vier) wedstrijden hebben gespeeld. De organiserende club mag zelf deelnemen.
03. Het systeem van spelen is hetzelfde als een ploegenbeker binnen de KNLBB. De laatste speler in de reeks "Kopman laag" speelt de finale tegen de laatste speler in de reeks "Kopman hoog".
04. Het minimum te maken caramboles is als volgt samengesteld:
Kopman Laag: 1ste speler min. 20 punten -- 2de speler min. 29 punten -- 3de speler min. 54 punten / max. 80 punten.
Kopman Hoog: 1ste speler min. 20 punten -- 2de speler min. 35 punten -- 3de speler min. 92 punten
05. Bij de aanvang van het tornooi zal de trofee in bet lokaal van de inrichtende club tentoongesteld worden. De voorzitter van de inrichtende club neemt de trofee over van de club die de trofee in haar bezit heeft. Hij zal daarbij de in Punt 6 uiteengezette regels in acht nemen.
06. De trofee is een zeer waardevol en kunstzinnig juweel. De K.N.L.B.B. zal een plaket laten maken waarop de namen van de winnende clubs staan. Dit plaket zal aan bet voetstuk van de trofee bevestigd worden.
07. De wisselbeker zal door de voorzitter van de K.N.L.B.B. overhandigd worden aan de voorzitter van de winnende club. Dit zal gebeuren op de avond van de finale, na aanwijzing van de winnaar. De voorzitter en bet clubbestuur dragen de volle verantwoordelijkheid voor de goede bewaring van bet juweel. Bij eventuele beschadiging of verlies zal de trofee ten laste van de bewarende club worden hersteld of vervangen. De club die het tornooi driemaal wint, na elkaar of niet, wordt definitief eigenaar van de trofee.
08. Ter gelegenheid van het tornooi mag door de inrichtende club een tombola gehouden warden. De opbrengst van die tombola komt volledig ten goede aan de inrichtende club. De inrichtende club draagt de volledige kosten van het tornooi (administratie, receptie, enz.).
09. Een herdenking voor de bekerfinalisten zal door de K.N.L.B.B. aangekocht worden. Er wordt niet gespeeld voor de derde en de vierde plaats. De spelers die de derde en de vierde plaatsen behalen, krijgen een herinneringsmedaille.
10. Het inschrijvingsgeld komt volledig ten goede aan de inrichtende club (wijziging juni 1999 met terugwerkende kracht voor het seizoen 1998-1999). Het bedraagt 10 € per ploeg.
11. Voor de inrichting van de wisselbeker kan worden ingestoken op een Algemene Vergadering in augustus. De minimum in te steken som bedraagt 50,00 euro. Bij niet-toekenning kan de Wisselbeker worden ingericht door de K.N.L.B.B.
12. Enkel clubs aangesloten bij de K.N.L.B.B. mogen insteken voor de inrichting van dit tornooi.
13. Elke afwijking van dit reglement ( Wisselbeker van de K.N.L.B.B. ) moet op voorhand aan de Beheerraad aangevraagd worden. Speciale gevallen worden onderzocht door de Beheerraad
14. Dit is een wisselbeker, dus is het niet de bedoeling dat er ploegen van eenzelfde club tegen elkaar worden gezet tijdens de 1/2 of 1/4 finale. De wedstrijdkalender moet gevolgd worden. Dus, twee ploegen van eenzelfde club kunnen de finale spelen.
BIJLAGE II BEKER VAN DE VERSTANDHOUDING VAN DE K.N.L.B.B. REGLEMENT
Deze beker wordt ingericht na de competitie, de finales van het individuele kampioenschappen en de finale van de Wisselbeker van de K.N.L.B.B Alle clubs, aangesloten bij de K.N.L.B.B., moeten eraan deelnemen met een ploeg bestaande uit drie bestuursleden, liefst de voorzitter, de ondervoorzitter en de secretaris. Er zal gespeeld warden in drie disciplines, te weten Vrij Spel of Kader, Overband en Drieband. De voorzitters duiden vóór de aanvang van de wedstrijden de discipline aan die elk van hun spelers zal spelen. Het is toegelaten dat de spelers van discipline verwisselen in de volgende ronde, met dien verstande dat er steeds een speler Vrij Spel of Kader, een speler Overband en een speler Drieband zullen zijn. Er zal steeds begonnen worden met Drieband, dan volgt Overband en er wordt geëindigd met Vrij Spel of Kader. Er wordt gespeeld volgens het systeem ACHTERVOLGING, zoals in de bekertornooien, met ophalen van punten door de volgende speler(s). De driebanddiscipline wordt gespeeld op maximum 40 beurten, in de 40ste beurt is er een nabeurt voorzien met opzetten zoals bij aanvang. Indien beide spelers hun te spelen punten niet behaald hebben, wordt de winnaar aangewezen na berekening van het gespeelde gemiddelde. Indien dit alles gelijk is dienen de twee volgende spelers opnieuw te tossen voor de opzet ( zie art. 1142 ), maar de ploeg die begonnen is met de gele bal, blijft deze behouden. In dit geval dienen beide spelers de punten in overband op te halen. Deze wedstrijden worden wel aanzien als officiële wedstrijden en tellen dus ook mee bij eventuele herzieningen.
INRICHTING en INSCHRIJVING De inrichtende club dient voor de inrichting 50,00 euro aan de bond te betalen. Het inschrijvingsgeld bedraagt 10 € per deelnemende ploeg en komt ten goede aan de inrichtende club.
PRIJZEN Er mag een tombola zijn. Aan de winnende ploeg wordt een beker geschonken. Die beker komt ten koste van de bond. De zes finalisten zullen een persoonlijk prijs ontvangen van ongeveer 20,00 euro ( trofee, prijs in natura ), geschonken door de inrichtende club. Geldprijzen en waardebonnen zijn NIET toegelaten. Bij de inschrijving dienen het lidnummer en de naam van de spelers te worden opgegeven.
Editie reglement herzien door de Technische Commissie K.N.L.B.B., september 2024
|